terug
Onderstaande tekst is gepubliceerd in: Reformatorisch Dagblad, 15-9-2001      

Aanslagen in VS

door:
J.C. Karels

"Steeds keert het spookbeeld terug van het vliegtuig dat zich in een van de torens boort. Mensen springen uit ramen om iets eerder bij hun dood te zijn", schreef columnist Remco Campert woensdag in de Volkskrant. "Ik wou dat ik geen televisie had om dit allemaal te zien." Radio, televisie, krant en internet maken van de wereld een weerzinwekkend schouwspel. De berichtgeving moet soberder, ter bescherming van de slachtoffers en van jezelf.

Prof. dr. H.J.G. Beunders, hoogleraar media en cultuur aan de Erasmus Universiteit Rotterdam: "Anno 2001 begint het zien van live televisie bij dit soort rampen op executie te lijken. Maar het is niet nieuw. De Challenger ontplofte in 1986 ook live. De Golfoorlog was life, maar we zagen niks, behalve de Skud-raketten op Tel Aviv. Ondanks de zekere gewenning (Volendam, Enschede, aanslagen in Israël) en een verslaving aan een telkens opgevoerd voltage van shock, is het wel de vraag hoe hoog het voltage opgevoerd kan worden voordat de kijker echt een hartverlamming krijgt. De berichtgeving is niet meer nationaal, ze is mondiaal, geleid door CNN. En CNN is eigenlijk zeer terughoudend geweest in het vertonen van bloed. Bij het Pentagon leek sprake van censuur, het werd onmiddellijk afgeschermd."

Ds. P. den Butter, christelijk gereformeerd predikant in Middelharnis: "Ik heb de berichtgeving vooral in de krant gelezen. Ik kan me indenken dat er bezwaren komen tegen de berichtgeving, maar dat is natuurlijk niet voor het eerst. De bezwaren zijn ook wel juist. Aan de andere kant: mensen die de ramp met hun eigen ogen hebben kunnen registreren, hebben het ook gezien. We moeten de wereld niet verbloemen. Wel geldt in de christelijke berichtgeving: soberheid betrachten, zie Filippenzen 4:8. Dat is in deze wereld niet constant mogelijk. Je wordt met de neus op de werkelijkheid gedrukt. Maar doe het zonder sensationeel te zijn."

Sandor van Leeuwen, internetredacteur Reformatorisch Dagblad: "Dat de berichtgeving over het gebeuren in de VS sober moet, is vanzelfsprekend. Maar soberder? Ik denk dat de media, zowel in de VS als in Nederland, terughoudend zijn. Het uitbrengen van een extra editie, het voortdurend aanpassen van de berichtgeving op internet, betekent niet dat we niet zorgvuldig en sober omgaan met het nieuws, want voor sensatie is geen plaats. Foto's van halfverbrande lijken, van mensen die uit wanhoop tachtig verdiepingen naar beneden springen: die moet je als krant niet willen plaatsen, maar dat betekent niet dat foto's van de inslag, de ontploffing en het reddingswerk ook "not done" zijn. De aanslagen zijn weerzinwekkend, maar dat komt niet voor rekening van de media, die - uit respect voor de slachtoffers en hun nabestaanden - via radio, televisie en internet proberen voorzichtig en zorgvuldig verslag te doen."

Gerard Oonk, coördinator van de Landelijke India Werkgroep: "Het is goed om kennis te nemen van wat er gaande is. Maar de media moeten ook uitleggen wat de achtergronden van het nieuws zijn. Ik vind het niet goed om willekeurig grenzen aan het nieuws te stellen. Je moet bij wijze van spreken iets kunnen begrijpen van hoe zo'n ramp kan gebeuren, iets van de woede van de Palestijnen of van de mensen in de Arabische wereld. Dat heeft niets te maken met goedpraten. Waar ik bang voor ben is dat mensen wild om zich heen gaan slaan. Zo ontnemen ze zichzelf de blik op bepaalde brandhaarden in de wereld, waaruit dit soort daden kan voortvloeien.
Deze ellende drukt mij met de neus op het feit dat we met z'n allen er in de wereld aan moeten werken om het beter te maken. We moeten ook bij onszelf te rade gaan dat de rijkdom die wij in de wereld vergaard hebben soms ten koste van anderen gaat. Rijkdom die ook tegenreacties oproept, hoe weerzinwekkend die ook zijn. Wel moet je af en toe de televisie even uitzetten om jezelf te beschermen. Maar het is belangrijk dat je dit soort dingen meeneemt in je eigen handelen. Het mondiale nieuws is een onvermijdelijk gevolg van wat we zijn geworden: wereldburgers."

Evert-Jan Brouwer, beleidsmedewerker SGP-fractie in Den Haag: "Ik ben het niet met de stelling eens. De beelden die CNN uitzond, zijn natuurlijk verschrikkelijk, maar ik heb niet kunnen merken dat met opzet zo gruwelijk mogelijke beelden vertoond werden van vallende mensen, lichaamsdelen en dergelijke. Als ik me herinner welke foto's bijvoorbeeld de Volkskrant toonde bij de ramp in Volendam, dat was veel schokkender. Berichtgeving moet eerlijk zijn, maar als we schriftelijk vernemen dat mensen uit het WTC naar beneden sprongen, hoeven we daar ook niet nog eens beelden van te zien. Waar ik me het meest aan stoor, is dat de media, omdat ze de tijd moeten vullen, gaan speculeren en aan stemmingmakerij doen door Jan en alleman te vragen of ze bang zijn voor een derde wereldoorlog. Daar is niemand mee geholpen."

Richard Land van de Zuidelijke Baptisten in de VS adviseert ouders: "Spreek vooral met de kinderen en doe de televisie uit. Stel ze niet bloot aan de beelden van dit bloedbad. We moeten aan onze kinderen vertellen dat er mensen op de wereld zijn die dit soort dingen doen. De tragedie moet Amerikanen aanleiding geven om over geestelijke dingen na te denken en degenen die nog niet een persoonlijke relatie met Jezus hebben tot geloof brengen."



terug

LIW IN 'T NIEUWS

Religie en Conflict

HOME Landelijke India Werkgroep

Landelijke India Werkgroep - 25 november 2004