Ontwikkelingsland én supermacht
Beeld van India mag kantelen, hulp blijft broodnodig
In een sloppenwijk in Calcutta scharrelen uitgeteerde kinderen rond tussen verslaafde en melaatse volwassenen. Het land waar dit beeld zich voordoet, is ook een grootmacht in wording. India toont twee gezichten: een rijke bovenlaag en een arme massa. Hoe verhouden die zich met elkaar?
Volgens de media gaat het goed met India. De
Indiase regering wil geen ontwikkelingsland meer zijn
en laat als aanstormende supermacht haar gewicht
gelden. Westerse handelsmissies bezoeken het land.
Een maand geleden was minister Brinkhorst in India.
Hij vergeleek het land met een olifant die steeds harder
gaat hollen. Het is het ene beeld van India.
Het andere beeld wordt zichtbaar in bijvoorbeeld
Calcutta. De helft van de bevolking woont in sloppenwijken. Wat daar opvalt zijn vuil water en gebrekkige riolering. Ziekten als tuberculose eisen hun tol.
Dokters komen hier niet. Tenzij met een missie, zoals
Ranjit Chatterjee, die een dagcentrum voor kanslozen
runt. Red een Kind steunt hem, evenals Sishu Manjil.
Deze organisatie heeft een voedselprogramma voor
de allerarmsten en twee kinderzorgcentra voor kinderen
die de Indiase bovenlaag niet ziet staan.
Wervelend en berucht
Een toeriste beschrijft op haar site hoe wervelend
en boeiend Calcutta is. Eén zin verraadt een andere
wereld. “We zitten gelukkig in een buurt waar je
weinig merkt van erbarmelijke misstanden waarom
Calcutta berucht schijnt te zijn. Lijken op straat blijven ons bespaard.” Toch kun je nooit ver lopen of je
wordt ermee geconfronteerd...
In kranten lezen we over de Indiase economie die
jaarlijks groeit met acht procent. Over de veelbelovende
computerindustrie en financiële dienstensector.
Ook medisch is het land al ver. Patiënten uit Amerika
en Midden-Oosten komen naar India voor goede en
niet te dure operaties.
Tegelijkertijd moeten honderden miljoenen Indiërs
het stellen zonder medische hulp, omdat ze het geld
ervoor missen. Het verschil tussen arm en rijk in
India neemt schrikbarend toe. Het contrast wordt
schriller tussen een rijke bovenlaag en een groep van
600 miljoen paupers, vaak arme dagloners met hun
gezinnen. Een direct gevolg van onderbetaling van
deze dagloners is kinderarbeid, waarmee de volgende
generatie armen alweer is bepaald.
Nieuw probleem
“Naast het klassieke probleem van ongelijkheid op
basis van het kastensysteem is er een probleem
bijgekomen", zegt directeur Gerard Oonk van de
Landelijke India Werkgroep. “Dit probleem: de rijken
en de groeiende middenklasse zijn niet zomaar bereid
hun toegenomen welvaart met de armen te delen."
Oonk noemt het beeld van India in korte tijd 180
graden gekanteld. “Eerst heette de nood onoplosbaar,
nu hoeft er geen nood meer gelenigd te worden. Terwijl er nog net zoveel nood is!"
Het kastenstelsel houdt zijn invloed op de Indiase
maatschappij, verwacht Oonk. Miljoenen Dalits
(kastelozen) worden feitelijk achtergesteld. Op het
platteland, waar 70% van de bevolking woont, blijven
oude misstanden bestaan. De grote stad krijgt
nieuwe problemen door de toestroom van nog
meer armen naar de sloppenwijken. Sociaal egoïsme
typeert de nieuwe middenklasse, die niet bereid is
haar verworven welvaart met zwakkeren en uitgebuiten
te delen. Dat verschijnsel is niet vreemd, maar
ook te zien in ‘oude’ rijke landen.
India is geen ‘hopeloos hongerland‘ meer, zoals in
de jaren zestig en zeventig werd gezegd. De afgelopen
tientallen jaren is met hulp van onder andere
Nederlandse organisaties veel verbeterd. Maar het
optimistische beeld van India shining (Bhârat uday),
dat liberale Indiërs nu gebruiken, is wensdenken van
een minderheid die het goed heeft en de ogen sluit
voor de grote ellende van de meerderheid van de
bevolking.
De situatie is paradoxaal. Wie India goed bekijkt,
ziet een dubbel gezicht. India is een land van
scherpe sociale en economische tegenstellingen.
Een land waar hulp broodnodig blijft, voor armen
en verschoppelingen.
Voor de volledige weergave van dit nummer van magazine Omarmen (nr.2, dec. 2005), zie: http://www.redeenkind.nl/getfile.php?/omarmen_nr2.pdf.
|