terug
Onderstaand artikel is gepubliceerd in: VBDO-Bericht, juli-augustus 2004      

Verslaggeving over mvo bij Unilever blijft zorgenkind

De duurzaamheidsverslaggeving van Unilever blijft in de ogen van de VBDO een zorgenkind. Het bedrijf kenmerkt zich door een groot aantal publicaties over allerlei onderdelen van het mvo-beleid. Maar een regie om een en ander te stroomlijnen ontbreekt.

Bestuursvoorzitter A. Burgmans ziet dit ook, maar wilde tijdens de recente aandeelhoudersvergadering op 12 mei niet zover gaan als de VBDO wenst. De VBDO ziet namelijk graag é'én duurzaamheidsverslag volgens de GRI-richtlijnen. Burgmans wilde echter niet verder gaan dan de toezegging om de presentatie van al die rapporten op internet verder te stroomlijnen. Hij legde de oorzaak van de versnippering buiten Unilever door te stellen dat dit een gevolg is van het grote aantal vragen van uiteenlopende stakeholders. Wat Unilever op productniveau wel lukt (van enkele duizenden merknamen terug naar vierhonderd merken) lukt op het gebied van duurzaamheidsverslaglegging dus blijkbaar niet. Merkwaardig, meent de VBDO.

De VBDO wees ook op de noodzaak om de ketenverantwoordlijkheid die Unilever onderschrijft, om te zetten in concrete en meetbare regels. Burgmans zei dat het afgelopen jaar in de raad van bestuur twee keer gesproken is over deze materie. Inmiddels zijn normen en standaarden geformuleerd die op alle Europese leveranciers van toepassing zijn. Volgens Burgmans voldoet de meerderheid aan deze normen. De rest van de wereld zal hierna volgen. Ook een vertegenwoordiger van het Triodos Meerwaardefonds was op de vergadering aanwezig om vragen te stellen over deze materie. Hij wilde weten hoe over de naleving van de regels zal gaan worden gerapporteerd. Afwijken van de code betekent afbreukrisico voor het bedrijf en daarmee inderdaad risico voor aandeelhouderswaarde van de onderneming, beaamde Burgmans nadrukkelijk. Hij kon echter niet toezeggen dat over elk specifiek geval gerapporteerd gaat worden.

Van het probleem dat Unilever aandeelhouders wellicht niet gelijk informeert met het invullen van vragenlijsten van duurzame rating-bureaus was Burgmans zich niet bewust. Hij zou de kwestie laten uitzoeken. Ook over kinderarbeid bij de katoenzaadproductie was Burgmans expliciet. Hij ontkende elke betrokkenheid van Unilever daarbij maar gaf ook aan dat Unilever bereid is haar verantwoordelijkheid hierin te nemen voorzover ze dat kan en van haar verwacht mag worden.



LIW IN 'T NIEUWS

Maatschappelijk verantwoord ondernemen

Kinderarbeid en onderwijs

HOME Landelijke India Werkgroep

Landelijke India Werkgroep - 30 juni 2004