terug
Onderstaand artikel is gepubliceerd in Dagblad De Pers, 15-2-2010

door:
Mark van Assen

Halsstarrige houding

Geniepig India speelt de bitch van de wereld



Het favoriete woord van India bij internationale kwesties is nahi. Nee. Ze zeggen het tegen vrijwel alles.

Hou op, schei uit. Gerard Oonk weet precies hoe het Indiase ‘nee’ klinkt. Hij hoort het al zeven jaar. Oonk is directeur van de Landelijke India Werkgroep, en is al die tijd niet meer in India geweest. Hij krijgt geen visum. Zijn werkgroep maakt zich onder meer sterk voor de Dalits, de Indiase kastelozen. Dat zijn ruim 150 miljoen mensen die buiten de maatschappij staan. ‘India vindt dat het buitenland zich daar niet mee moet bemoeien’, zegt Oonk. ‘Dus ja.’
De kwestie is deze. India weigert categorisch om in de Mensenrechtenraad van de VN, waarin het zelf ook zitting heeft, te praten over de kastelozen. ‘Elk ander land vindt dat deze problematiek valt onder het anti-racismeverdrag. Het gaat hier ten slotte om discriminatie op basis van afkomst. Maar India zegt: nee, dit is geen racisme. Dus het wil er niet over rapporteren en al helemaal niet over praten. Wij zijn een democratie, hoor je dan steeds.’ Dat Indiase ‘nee’ klinkt veel vaker. Tegen het VN-verdrag tegen foltering uit 1984 bijvoorbeeld. Het is wel getekend, maar niet geratificeerd. India, de grootste democratie ter wereld, bevindt zich hier in het illustere gezelschap van onder meer Soedan, Iran, Irak en Birma.

Obstinate houding
Klimaat? Nahi. India weigert om zich vast te leggen op bijvoorbeeld afspraken over de uitstoot van broeikasgassen. Het hoort samen met Brazilië, Rusland en China tot de grote nieuwe economieën en het zou dus een slok op een borrel schelen als het mee zou doen. ‘Maar ze doen het niet. En ik snap het ook nog’, zegt Susanne Kamerling, India-deskundige van instituut Clingendael. ‘De westerse economieën hebben twee eeuwen op volle toeren gedraaid, dus waarom zouden wij ons nu inhouden, is de redenering. Begrijpelijk, maar weinig constructief.’
India heeft ook al een paar keer keihard ‘nee’ gezegd tijdens internationale overlegrondes van de Wereldhandelsorganisatie. Sterker: samen met de VS zorgde het ervoor dat de laatste Doha-ronde een mislukking werd. ‘India is pas bereid zijn grenzen open te gooien als de VS dat ook doen’, zegt Roos van Os van de Coalitie voor Eerlijke Handel. ‘Alle landen van de WHO sturen een minister, maar als die twee er niet uitkomen, ligt er geen akkoord. Zo machtig is India dus. En het begrijpt goed hoe dit spel gespeeld moet worden.’
Volgens Van Os probeert de Europese Unie de laatste jaren om vrijhandelsverdragen met India te sluiten. ‘En er is zeker vooruitgang. Maar zo gauw de EU er zogenoemde no trade concerns aan wil koppelen, zoals mensenrechten of milieu, dan gaat de deur dicht. India beroept zich in die gevallen steeds op zijn soevereiniteit.’ Dan is er het non-proliferatieverdrag. Dat is ondertekend en geratificeerd door 189 landen. Het is bedoeld om verspreiding van kernwapens tegen te gaan, landen die ze wel hebben te laten ontwapenen en er op toe te zien dat kernenergie voor vreedzame doeleinden wordt gebruikt. India en aartsvijand Pakistan, allebei kernmachten, zijn de enige landen die niet ondertekend hebben. Ze vertikken het. ‘En dat’, zegt Susanne Kamerling van Clingendael, ‘terwijl het hier gaat om de belangrijkste nucleaire grens in de wereld.’ De twee hebben al een paar keer op het punt gestaan elkaar met kernkoppen te bestoken. Of in elk geval hardop geroepen dat ze dat wilden doen.
Kamerling ziet twee redenen voor het gedrag van India. Ten eerste voelt het land zich bedreigd, en dan met name door China. Dat is groter en sterker, en gaat op dit moment een stuk sneller. ‘India loopt de achterstand snel in, maar toch. Ten tweede heeft India last van een oude reflex. In de jaren zestig was het een van de oprichters van de Organisatie van Niet-gebonden Landen, samen met Egypte, Indonesië en Joegoslavië. Ze waren bang om meegesleurd te worden in de Koude Oorlog, en vormden zo een derde blok, naast de Sovjet-Unie en de VS.’ Die onafhankelijke opstelling blijft India nog steeds zoeken, meent Kamerling. Al is dat volgens haar niet altijd de beste optie. ‘Het aangaan van allianties kan soms best slim zijn. Gelukkig zien we ook wel dat India dat probeert. Het wil duidelijk af van die oude reflex.’


terug LIW in de pers Verantwoord Ondernemen HOME Landelijke India Werkgroep


Landelijke India Werkgroep - 15 februari 2010