terug
Uit: India Nu 82 (jan-feb 1993)


Ayodhya

De sloop is een feit



Begin december stond India in ons land volop in het nieuws, terwijl het land normaliter bijzonder weinig aandacht krijgt in de Nederlandse media. De reden van al deze publiciteit was de sloop van de moskee in Ayodhya door extremistische hindoes, waarop rellen uitbraken, niet alleen in India, maar ook in Pakistan en Bangladesh. Het treurige resultaat: honderden doden en politieke consequenties die vooralsnog nauwelijks te overzien zijn. XXX belicht vanuit India de voorgeschiedenis van een tragedie.

De door Babar, de eerste Moghulkeizer in India, in de twintiger jaren van de zestiende eeuw gebouwde moskee is op zondag 6 december door 'kar sevaks' (heilig werkers) gesloopt. In de loop van de middag beklommen zij de moskee en in zeer korte tijd was er niet veel meer van over dan puin. In Ayodhya hadden zich zo'n 150.000 tot 200.000 hindoes verzameld die officieel van plan waren om het terrein naast de moskee schoon te maken en er te bidden.
Volgens een aantal hindoes stond op de plaats waar de moskee zich nu bevindt een tempel ter ere van Rama. Hij zou op die plaats geboren zijn. Babar zou die tempel hebben laten slopen en er een moskee hebben gebouwd. Of dit werkelijk het geval is, wordt door velen in India betwijfeld. De Bharat Janata Partij (BJP) heeft met de kwestie Ayodhya de gemoederen dermate weten te bespelen dat de partij 86 zetels heeft kunnen veroveren in het parlement. De partij was tot afgelopen zondag in vier deelstaten aan de macht.


muren en koepel van de tempel (foto: F r o n t l i n e)

Bloedig verleden

Hoeveel slachtoffers er in de loop der jaren al gevallen zijn bij de gevechten om het terrein waarop de moskee staat, is niet duidelijk. Reeds in 1885 stierven zo'n 85 mensen in Faizabad (nabij Ayodhya gelegen grotere stad) bij communale rellen die uitbraken na de uitspraak van de Deputy Commissioner dat er geen tempel mocht worden gebouwd op het terrein van de moskee. Sindsdien wordt er met enige regelmaat gevochten om de moskee.
In 1949 werden op 22 december beelden van Rama, Lakshmana en Sita in de tempel gevonden. Dat was opnieuw aanleiding voor rellen. De districtsmagistraat liet de moskee onmiddellijk vergrendelen en geen van beide partijen kreeg toestemming om het gebouw te betreden. Beide groepen gingen elkaar toen juridisch te lijf om te bewijzen of Rama dan wel Allah in Ayodhya vereerd mocht worden. In 1984 werd de Ram Janambhoomi Mukti Yagna Samiti opgericht met als uiteindelijk doel de bouw van de Ram tempel. In 1986 verordonneerde de districtsrechter in Faizabad dat de deuren van het omstreden gebouw weer geopend moesten worden. Onmiddellijk werd bezwaar tegen deze beslissing aangetekend bij de Lucknow-afdeling van het hooggerechtshof in Allahabad.
Op dit moment woedt er nog een ander gevecht voor die rechtbank over een kleine hectare land naast de moskee. De Vishva Hindu Parishad (VHP) zegt daarvan de eigenaar te zijn, wat de moslims bestrijden. Reeds enige tijd waren op die plaats mensen bezig met de voorbereiding van de bouw van de Ram tempel.
De VHP en het All India Babri Masjid Action Committee (AIBMAC), de moslim tegenhanger, hebben in de afgelopen jaren zo nu en dan onderling en met de regering overleg gevoerd over de omstreden plaats. In september 1988 besloot de VHP verder overleg te stoppen. De door de AIBMAC geplande mars naar Ayodhya werd op het laatste moment wijselijk afgezegd. Tijdens de regering van Chandra Shekhar hebben de beide partijen weer een aantal keren om de tafel gezeten om te zien of er een einde aan de ingewikkelde situatie kon komen. Ook onder het huidige kabinet is er een paar keer gepraat.
Al in februari had de VHP de bouw van de tempel aangekondigd. Vervolgens stelde de beweging die tot juni uit en toen kreeg de regering opnieuw vier maanden respijt om met een oplossing te komen.
Heel langzaam begon de afgelopen maanden duidelijk te worden dat er deze keer wel degelijk iets zou gebeuren. Begin november was Ayodhya voorpaginanieuws in India. De 'kar sevaks' trokken langzaamaan richting Ayodhya. Er was niets te vrezen, stelde L.K. Advani, leider van de BJP. Het zou slechts een 'symbolische' bouw worden en er zou gebeden worden op het terrein van de moskee nadat dat in ploegen was schoongemaakt.


Weerstand

Op 2 oktober begon in Rameshwaram, de zuidpunt van India, een groep tegenstanders van het hindoe-extremisme onder leiding van Mani Shankar Aiyar (Congress-I) een mars richting Ayodhya. Doel van de lange mars was onderweg bijeenkomsten te houden tegen de plannen van de BJP en duidelijk te maken dat het leeuwedeel van wat deze partij beweert klinkklare onzin is. "Hun claim wat betreft de verwerpelijke hoeveelheid kinderen die moslims zouden krijgen, berust op een fabel. In de zuidelijke deelstaten Tamil Nadu en Kerala doen moslims juist meer aan familyplanning dan de meeste

voedsel voor de Hindutva-strijders (foto: F r o n t l i n e)
hindoes in de door de BJP gecontroleerde deelstaat Uttar Pradesh. Ten aanzien van polygamie valt evenzo op te merken dat dit onder sommige hindoegroeperingen meer voorkomt dan onder moslims in het algemeen. In plaats van het verkondigen van dit soort fabels, zou de BJP er beter aan doen om haar aandacht te richten op een serieuze aanpak van familyplanning onder hindoes. Hoe verontrustend moet het voor moslims of christenen zijn om van Advani c.s. te horen dat ze zichzelf moeten gaan beschouwen als een hindoe, willen ze in dit land blijven wonen," zo lichtte Aiyar zijn protestmars toe.
In de week voor de daadwerkelijke sloop begonnen zo'n 1000 leden van de verschillende oppositiepartijen onder leiding van V.P. Singh aan een mars van Lucknow naar Ayodhya. Ze werden door de politie tegengehouden in Ram Sanehighat. Daar lag een driedubbel kordon van politie en paramilitairen. In Faizabad werd een demonstratie door de congress gehouden. Op het station van Lucknow belaagden BJP-aanhangers een aantal Congresspolitici, die daarop rechtsomkeert maakten naar Delhi.


De Indiase pers

In de weken voorafgaande aan de sloop verschenen er in de indiase pers zo nu en dan berichten dat de BJP-regering van Uttar Pradesh (UP) afgezet zou worden, om te voorkomen dat de deelstaatregering niet zou optreden tegen de 'kar sevaks' en oogluikend de sloop van de tempel zou toestaan. Vooral de Congress-I in UP heeft daarop aangedrongen. Pramad Tewari van deze partij en voormalig minister van deze deelstaat, zei onder meer het volgende: "De bevolking van UP lijdt onder de terreur van de BJP-regering die allerlei 'miscreants' (zoiets als onverlaten) de vrije hand geeft. Al haar mooie verkiezingsbeloften om iets te doen voor de allerarmsten zijn 'gebakken lucht' gebleken."
Een mogelijke oplossing van het conflict zag Mayalam Yadav Singh van de pas opgerichte Samajvadi partij in de vorming van een comité van drie mensen: een lid van het hooggerechtshof in Allahabad, een lid van de VHP en een lid van de AIBMAC. Onder leiding van dit comité zou dan op het terrein van de moskee gegraven moeten worden naar archeologische bewijzen dat er vroeger een Ram tempel heeft gestaan. Hij wees het door de VHP geleverde 'archeologische bewijs' dat de extremistische hindoebeweging op het terrein naast de moskee had gevonden, van de hand. "Ayodhya is een stad vol tempels en dit bewijsstuk kan evengoed van een andere tempel afkomstig zijn," aldus Yadav Singh. Moslims hadden volgens hem al laten weten dat ze hun claims zouden laten vallen als bewezen zou worden dat er vroeger inderdaad een Ram tempel op het omstreden terrein had gestaan. Hij hoopte dat de nationale regering de BJP zeer duidelijk zou wijzen op de gevolgen van eventuele illegale acties.


'Volksempfinden'

Ondanks alle druk wensten de BJP, VHP en RSS (een andere extremistische beweging) niet van de mars naar Ayodhya af te zien. Over wat er uiteindelijk precies zou gaan gebeuren is lang gespeculeerd. Genoemde drie groeperingen zijn er altijd duidelijk over geweest dat hun uiteindelijke doel is: de sloop van de moskee en bouw van een Ram tempel op die plaats. L.K. Advani verklaarde evenals andere extremistische topfiguren regelmatig dat ze zouden wachten op een uitspraak van het hooggerechtshof in Allahabad over de gewraakte hectare land naast de moskee. Hij liet echter wel doorschemeren dat als de uitspraak tegen zou vallen, hij niet wist wat er zou gaan gebeuren. Wel liet hij weten dat alles in Ayodhya door de medewerkers van BJP, VHP en RSS onder controle gehouden zou worden.
Een dag voor de sloop van de moskee meldde The Hindu onder de kop 'Will of the people supreme, BJP leader' onder andere dat Sikandar Bhakt, parlementslid en landelijk vice-president van de BJP had gezegd dat de Marg Darshak Mandal (een groep religieuze kopstukken), zou besluiten welke vorm de 'kar seva' de volgende dag zou aannemen. Op de vraag of de BJP het door het hooggerechtshof uitgevaardigde verbod op bouwwerkzaamheden op de grond naast de moskee zou negeren, antwoordde hij: "Het volk weet hoe de Congress-I met dat soort verboden omgaat. Uiteindelijk zal de wil van het volk bepalen wat er zal gaan gebeuren in Ayodhya." Volgens hem was 80% van de omstreden hectare land van de VHP en dus kon niemand de bouw van een tempel op dat stuk grond tegenhouden, zelfs als de uitspraak negatief zou uitpakken voor de VHP. Sikandar Bhakt hoopte op tussentijdse verkiezingen waarbij de BJP de meerderheid in het hele land zou verkrijgen. Hij baseerde zijn hoop op de razendsnelle groei van de partij. In 1985 had de BJP immers nog maar twee zetels, en inmiddels zijn dat er 86. Het artikel besloot met een ondubbelzinnige uitspraak van de BJP-parlementariër: "Wij zijn niet van plan het land over te laten aan dezelfde krachten die ervoor hebben gezorgd dat het in 1947 is opgesplitst."
Dat hij samen met zijn partijgenoten en gelijkgezinden juist bezig is om haat en nijd als een dodelijke ziekte over India te verspreiden, dringt waarschijnlijk niet tot hem door. Als ik de verschillende uitspraken van hem en zijn trawanten lees moet ik regelmatig denken aan Goebbels. Ze hebben een gelijk niveau en zijn even ophitsend van karakter. L.K. Advani is dan ook al eens de moderne Hitier genoemd.


Vuile handen

Tavleen Singh wees in haar column in de Indian Express van 15 november erop dat menig journalist dagelijks gebombardeerd wordt met brieven die het BJP-standpunt verdedigen. De journalisten die dat standpunt onderschrijven, worden aangemoedigd om het zo vaak als mogelijk naar voren te brengen. Hun artikelen zouden dan ook zo uit het hoofdkantoor van de BJP kunnen komen. Zij verwijt de Congressregering laksheid. De regering zou er beter aan doen erop te wijzen dat een slecht functionerende seculiere staat nog altijd beter is dan een semi-fascistische staat, in plaats van niets te doen. Als Singh de BJP-leiders confronteert met uitspraken van hun partijleden over

het nieuwe tempeltje voor Ramlala (foto: F r o n t l i n e)
moslims, dan zeggen ze dat het alleen over 'slechte moslims' gaat. Wat de partij verstaat onder integratie van moslims, heeft nog geen enkele BJP-er duidelijk kunnen maken. Als het weer een Hindoestan moet worden, dan moeten de zuidelijke hindoes zich aanpassen aan de vigerende cultuur in de noordelijke hindibelt. Als het niet om de cultuur gaat, dan blijft slechts de religie over.
Tavleen Singh ergert zich mateloos dat de Congress-I de zaak stilletjes uit de hand laat lopen. De mindere goden uit die partij mogen dan wel enig tegenwicht tegen het hindoe-fundamentalisme hebben geboden, de top zwijgt het liefst, wat de journaliste uitlegt als een heimelijke steun aan Advani c.s. Als dat inderdaad zo is, dan zou de Congress-top daar vooruit moeten komen, zodat anderen de vlag van de seculiere staat kunnen overnemen.
Met de sloop van de tempel is de BJP-regering in UP afgetreden, en zijn BJP-leiders (onder wie Advani) gearresteerd. De Congress-I politici lobbyen om het hardst om de vrijgekomen posities. Veel Indiase kranten wekken indruk dat dit juist de bedoeling was van de Congress-partij. In plaats van bijtijds zelf de deelstaatregering aan de kant te schuiven, heeft men gewacht op de noodlottige gebeurtenissen in Ayodhya. Dat de BJP en gelijkgezinden over lijken gaan, was gevoeglijk bekend. Hoe lang de sloop nog zal nadreunen - nationaal en internationaal - valt nauwelijks te zeggen. De handel met Teheran, waarover onlangs afspraken zijn gemaakt, staat in ieder geval op de tocht; de toch al gevoelige relaties met de buurlanden Pakistan en Bangladesh hebben een stevige knauw gekregen, en de communale verhoudingen in India zijn verder vertroebeld.

xxx




begin document

tijdschrift India Nu

HOME Landelijke India Werkgroep

Landelijke India Werkgroep - 14 juli 2008